De Stadskoerier

Dinsdag, 26 november 2024

Al het nieuws uit Genemuiden, Hasselt en Zwartsluis

Vader en zoon Klooster verheugen zich op jubileumeditie NK op de Kamperzeedijk

Vader en zoon Klooster verheugen zich op jubileumeditie NK op de Kamperzeedijk
Foto: Gerard Meijeringh
Redactie: Gerard Meijeringh
(door Gerard Meijeringh)

IJSSELMUIDEN – De Kamperzeedijk staat komende zaterdag weer in het teken van Nederlands kampioenschap steppen. Het is altijd weer een bijzondere dag voor Dick Klooster en zijn zoon Johan die de stepsport omarmen. Maar zorgen zijn er ook over de toekomst van de stepsport.

Nee, Dick is al jaren niet meer actief op de step, maar zaterdag zal hij weer aanwezig zijn om hand- en spandiensten te verlenen. “Ik heb de laatste twintig jaar bijna niet gestept”, vertelt hij. Dat was eerder wel anders. Dagelijks was Dick bezig met de stepsport. In 1987 begon hij met steppen. Op de Kamperzeedijk deed hij mee aan een race. Daarna werd hem al snel gevraagd of hij mee wilde trainen. “Zo ben ik erin gerold. Ik begon met een geleend stepje. Daarna heb ik zelf een step gemaakt met kleine wielen, 12,5 inch.”

Estafettes

Al snel raakte hij helemaal verslingerd aan de sport. “Het eerste jaar was het alleen voor de lol. Daarna werd het steeds serieuzer.” Met Stepteam Selles Kamperzeedijk was hij vaak op pad. “We draaiden wekelijks estafettewedstrijden. Ik weet nog dat we bij de finale van het EK voetbal in 1988 de grote finale draaiden in Bolsward. Van het rijden van estafettes word je zo sterk. Eerst een rondje van 400 meter, daarna anderhalve minuut wachten en dan weer een rondje. En dat twee uur lang.” Dick won verschillende steptitels. Zo wist hij het NK op de Kamperzeedijk drie keer op zijn naam te schrijven en won hij verschillende sprinttitels en estafettewedstrijden met zijn ploeg. Wat er zo mooi is aan steppen? Het is heerlijk om kapot te gaan op de step. Geweldig.” Naarmate de jaren verstreken, verdween langzaam maar zeker de motivatie. “Ik heb vijf jaar in de top meegedaan. Daarna werd het steeds wat minder. Onze ploeg werd kleiner en je rijdt op een gegeven moment rond plek tien. Dan gaat de motivatie wat weg. Je bouwt het langzaam af. Toen ik tegen de dertig jaar was, vond ik het mooi geweest.”

Echte sprinter

Zijn twee dochters en zoon namen na diverse jaren het stokje van hem over. Zijn zoon Johan begon op 10-jarige leeftijd. “Mijn zus ging steppen. Ik ging mee naar wedstrijden”, vertelt Johan. Hij was echter nog te jong. Op 10-jarige leeftijd had hij lang genoeg gewacht. “Toen wilde ik op de step.” Daarna omarmde hij de stepsport intens. Vaak ging hij zelfs op de step naar school en bij wedstrijden viel hij al snel in de prijzen. De afgelopen jaren pakte hij Nederlandse titels op de sprint en werd hij onder met het Nederlands team wereldkampioen. “Hij is een echte sprinter”, zegt vader Dick. “Dat zie je. Hij heeft dat explosieve. Dat lijkt heel simpel, maar om echt snelheid te kunnen maken heb je pure techniek nodig. In hem zie je de sprintershand van Hermien Koers. Zij is de sprintkoningin van Nederland. Ze traint onze steppers en heeft zoveel ervaring.” Johan heeft zo z’n stepdromen. Op zijn wensenlijstje staat een indiduele wereldtitel of een Europese triompf. Ook het winnen van het NK op de Kamperzeedijk staat op zijn lijstje. Zaterdag krijgt hij een nieuwe kans bij de cadetten. Dick verheugt zich op de funrace, waarbij wordt gestart met nostalgische 12,5 inch-steps. Dit naar aanleiding van het 40- jarig bestaan van Stepteam Selles Auto’s Kamperzeedijk, dat zaterdag uitgebreid wordt gevierd met een speciale jubileumeditie van het NK.

Minder leden

Op naar het 50-jarig jubileum zou je zeggen, maar Dick kijkt zorgelijk. Volgens hem heeft steppen een populariteitsprobleem. “Je ziet nog steeds hetzelfde groepje als tien jaar geleden. Er is weinig jeugd. Dat is een landelijke tendens en dat is zorgelijk. We hebben nog maar twintig leden. Er moeten echt meer leden bijkomen. Ik hoop dat het 40-jarig bestaan de vereniging wat nieuw leven gaat inblazen.”