Klein paradijsje' op Genner platteland huisvest bijenstal De Kooi
HASSELT - Op een afgelegen plek midden op het uitgestreken platteland nabij Genne bevindt zich bijenstal De Kooi. Het 2 hectare metende kleine paradijsje', zoals imker Jan Westera het stukje natuur omschrijft, bestaat verder uit een vogelringstation en een eendenkooi. Geïnteresseerden kunnen er, al dan niet in groepsverband, een excursie krijgen van één van de vrijwilligers.Immuun is hij voor bijensteken. Toch neemt Westera het zekere voor het onzekere. Met hoofdkap op en beschermingsjas aan houdt de imker, vlak nadat hij een grote rookpluim heeft geproduceerd met zijn pijp, een raam met bijen omhoog. Het is een klein deel van de vijf volken, met ieder zo'n 50.000 tot 60.000 bijen, die wonen in de bijenstal aan de Klinkerweg in Hasselt. De rook zorgt dat de gestreepte insecten rustig blijven. Het verstoort de speciale geurcommunicatie tussen bijen. De Zwollenaar voert de handelingen bijna in slow-motion uit. Want als hij zich rustig houdt, doen de bijen dat ook. Sowieso maken zijn bijen deel uit van een weinig agressief soort; Carnica. Sinds zes jaar mag Westera zich gediplomeerd imker noemen. Het begon in 2000, toen Henk Luten een locatie zocht om in het wild levende vogels te ringen, legt hij uit. Dat vond hij hier, op een van Staatsbosbeheer gepachte plek, waar zich ook een vervallen en dichtgeslibde eendenkooi bevond. Met vrijwilligers werd deze compleet gerenoveerd. Er werd een gebouw neergezet en het onderhoud wordt sindsdien door zo'n tien vrijwilligers uitgevoerd.De bijenstal werd zes jaar geleden gerealiseerd. Dit is een prachtige plek waar we onder andere aan basisschoolleerlingen laten zien hoe vogels geringd worden en een eendenkooi werkt, legt Westera uit. Er werd daarnaast voor een bijenstal gekozen omdat deze insecten heel belangrijk zijn voor de natuur. Zo'n 80 procent van ons eten komt tot stand door bestuiving door de bij, maar ook hommels en vlinders. We willen hier laten zien hoe een volk leeft.Een speciale kast, bestaande uit glazen wanden, maakt het mogelijk om een kijkje in de keuken' te nemen. Zo is te zien hoe bijen in de natuur leven, bijvoorbeeld in een holle boom, legt de imker uit. Daarnaast biedt een educatiewand nabij de bijenstal achtergrondinformatie. Westera: We hebben inmiddels zo'n duizend basisschoolleerlingen op bezoek gehad, met vooral scholen uit Staphorst en Zwartsluis.Een vaak gehoord probleem in Nederland is de afname van het aantal bijen. Hier op het platteland in Hasselt is daar volgens Westera niet veel van te merken. Ik heb weinig last van de verdwijningsziekte, waarbij bijen door pesticiden en insecticiden gedesoriënteerd raken en de weg naar de kast niet meer terug kunnen vinden. Ik heb dat nog maar één keer meegemaakt. Maar doordat dit agrarisch gebied is, met weinig gewassen, komt dat hier eigenlijk niet voor. Over het algemeen gaat het ook beter met de Nederlandse bij, door alle aandacht die er voor is gekomen.Een nadeel van de locatie aan de Klinkerweg is de lage honingopbrengst, hoewel Westera niet om die reden bijen houdt. Door de monocultuur, het grasland, krijgen wilde bloemen hier geen kans om te groeien, legt de imker uit. Daardoor is er weinig dracht (waardoor bijen aan nectar en stuifmeel komen, red.). Dit jaar heeft dat geen honing opgeleverd, en vorig jaar slechts 6 kilo.Dat maakt Westera niet uit, want het belangrijkste doel van de bijenstal is educatie. Maar ook mensen die gewoon eens willen kijken hoe een imker te werk gaat en hoe bijen leven, kunnen op afspraak langskomen. Of dat nu twee mensen zijn of een groep van veertig, dat maakt ons niet uit, vertelt Westera. Dit wordt allemaal gerund door vrijwilligers, we krijgen geen subsidies. Door een kleine bijdrage voor de excursies kunnen wij dit allemaal in stand houden.De twee uur durende excursie kan gereserveerd worden via Henk Luten, via 06-53 25 41 37. Tot 1 oktober worden wekelijks excursies gehouden.
