Plaatsing pijporgel is sluitstuk van kerknieuwbouw HHG Genemuiden

GENEMUIDEN - In de Bethelkerk in Genemuiden wordt momenteel een Oberlinger-orgel met drie klavieren opgebouwd. Dit veelomvattende karwei vormt de afronding van de kerknieuwbouw van de Hersteld Hervormde Gemeente (HHG).Dit heeft in totaal zo'n anderhalf jaar geduurd. Eind maart moet de opbouw van het 8 meter hoge, 7,5 meter brede, 52 registers en 4.000 pijpen tellende orgel gereed zijn. “Het is een lang traject geweest”, vertelt voorzitter Jaap Hammer van de orgelcommissie. Twee jaar geleden al werd het immense instrument overgekocht van de Stiftskirche in het Duitse Neustadt an der Weinstrasse. Na de demontage werd het orgel door Verhoek Europe overgebracht naar Genemuiden waar het werd opgeslagen bij Timzo. “Het was een lastige opgave om een orgel te vinden”, legt Hammer uit. “De eerste keuze was al; een elektrisch of een pijporgel. We hebben een studie verricht waarom een pijporgel beter zou zijn voor onze kerk.”De gemiddelde levensduur gaf onder andere de doorslag. “Die is van een pijporgel vijftig tot honderd jaar”, rekent Hammer voor. “Bij een elektrisch orgel is dat veel minder. Wij willen hier toch wel minimaal vijftig jaar gebruik van maken. Ook het onderhoud is bij dit orgel veel makkelijker, dat zou elke orgelmaker kunnen doen.”Natuurlijk speelde ook de klank een belangrijke rol in de keuze voor een pijporgel. “Deze heeft veel meer draagkracht”, verduidelijkt Hammer. “Het geluid is door de hoeveelheid pijpen fijn verdeeld, zodat er prettig tegen in gezongen kan worden.”Daarnaast speelden er ‘gevoelsargumenten' mee. “Naar buiten toe heeft het gebouw de uitstraling van een kerk, dat wilden we binnen ook. Zo is er eenheid in kleur met de rest van het liturgisch centrum, zoals de preekstoel, doopvont en psalmborden.”In november begon een flink aantal vrijwilligers met de opbouw van het orgel in de Bethelkerk. Momenteel wordt een ‘noodorgel' gebruikt. De kerk is immers vanaf Eerste Kerstdag al in gebruik. “De kassen, die nieuw werden gemaakt, waren al prefab klaar”, legt Hammer uit. “Alles was al geschilderd, de aflak is alleen nog in de kerk gebeurd. Nu moet alles nog mechanisch aangesloten worden. Elke toets moet worden verbonden met een pijp. Dat is een priegelkarwei.”Helemaal als je bedenkt dat de kleinste pijp slechts 8 millimeter lang is met een doorsnee van 4 millimeter. “De grootste pijp is 5 meter lang, met een doornsnee van 30 centimeter”, vertelt Hammer met een lach op zijn gezicht.De hoeveelheid registers van het Oberlinger-orgel, dat stamt uit 1970, deed Hammer aanvankelijk de wenkbrauwen fronzen. “Doe even normaal, was mijn eerste reactie. Een dikke dertig registers in de juiste samenstelling was voor onze kerk al goed geweest.”Maar een geschikt orgel vinden voor een kerk waar 1.200 bezoekers in kunnen, is niet eenvoudig. Uiteindelijk is de orgelcommissie blij met de gemaakte keuze. “Het geeft een stukje gemoedsrust dat we nu over een goed orgel beschikken”, legt Hammer uit. “We zijn mooi binnen het budget van 2,5 ton gebleven en hebben registers over. Daardoor is er veel meer keuze in het te spelen repertoire en de manier van gebruik. Als je alle registers openzet in deze kerkzaal, weet je niet wat je hoort.”Maar bij reguliere diensten zullen ze niet allen worden gebruikt. “Een begeleidend orgelspeler mag de gemeentezang best aanmoedigen”, verduidelijkt Hammer. “Daar houden ze wel van in Genemuiden. Maar het is geen concert, het orgelspel moet in dienst zijn van de zangers en hetgeen gezongen wordt. Het gebouw heeft in ieder geval een heel mooie akoestiek voor dit orgel, dat hebben we al gehoord.”