De Stadskoerier

Maandag, 22 december 2025

Al het nieuws uit Genemuiden, Hasselt en Zwartsluis

Vrijwilligers tellen wekelijks het aantal zwarte sterns

Redactie: Bas Wilberink
REGIO - De zwarte sterns daalden onlangs weer neer in De Wieden. Voor vrijwilligers van Natuurmonumenten begint daarmee de periode dat ze wekelijks het aantal exemplaren monitoren. De eerste cijfers zijn bemoedigend. Het aantal van 162 broedparen in het slechte ‘sternjaar' 2013 lijkt dit jaar zeker haalbaar.Han Damsté dobbert in een bootje op de Beulaker Wijde. Hij is sinds dit jaar coördinator van de vrijwilligers die voor Natuurmonumenten de aantallen zwarte sterns bijhouden. Terwijl hij met een verrekijker naar de broedvlotjes van de zwarte stern kijkt, rollen onduidelijke kleur- en cijfercombinaties uit zijn mond. Voor medevrijwilligers Lita klinken ze bekend in de oren. Ze noteert de waarnemingen van Han op een formulier. Collega Carl functioneert vandaag als schipper.Het monitoren van de zwarte sterns gebeurt al jarenlang. Een dag in de week varen Han, Carl en Lita of de tien andere vrijwilligers langs de vijfhonderd uitgezette vlotjes in De Wieden. Soms in snijdende kou, soms in zomerse omstandigheden, zoals vandaag. “Dan is het een halve vakantiedag”, glimlacht Lita, in het dagelijks leven makelaar. De rust van De Wieden is een mooi tegenwicht voor een druk bestaan. “Net als de andere vrijwilligers ben ik een echt buitenmens. Wat is er nou mooier dan een dag op een boot door De Wieden varen?”Zeker als ze onderweg fascinerende beelden aanschouwen. Voor het Bezoekerscentrum in Sint Jansklooster liggen 96 vlotjes, die vorig jaar angstvallig leeg bleven. Dit keer scheren de zwarte sterns wel over de hoofden van de vrijwilligers. “Wat een mooie vogel met een prachtig geluid…”, zegt Damsté, alsof hij de zwarte stern vandaag voor het eerst ziet. Hij telt nu ruim veertig exemplaren, waarvan een aantal ook aan het broeden lijkt. “Het bijzondere is dat de zwarte stern eerst vier eieren legt en pas daarna gaat broeden. Dan duurt het 17 dagen voordat de eieren uitkomen.”Daarna begint het echte overlevingsgevecht. Slagregens en stormen zijn belangrijkste opponenten. “Bovendien kunnen de jongen de eerste weken niet vliegen en zwemmen doen zwarte sterns niet. De jongen lopen daarom over waterleliebladen en krabbenscheer om voedsel te vinden. Dan worden ze regelmatig gegrepen door vogels op rooftocht. Dat is de gruwelijke kringloop van de natuur…”, glimlacht Damsté.Het echte broedseizoen moet nog beginnen, vertelt hij. “Voordat ze in De Wieden landen, hebben ze een reis van ruim vijfduizend kilometer achter de rug. Ze moeten dan eerst een paar weken aansterken voordat ze aan broeden denken”, aldus Han Damsté. De coördinator zou zijn bestand aan medevrijwilligers graag uitbreiden. Wie daarin interesse heeft, kan contact opnemen met Rosalie Martens van Natuurmonumenten of mailen naar zwartesterncoordinator@gmail.com.