GENEMUIDEN - Het is al 25 jaar een begrip in Genemuiden: de groene vrachtwagen van groenteboer Christiaan Reijnoudt. Op 3 september 1995 reed hij voor het eerst met een aanhanger vol aardappels, groenten en fruit naar Genemuiden. “Ik begon in de Clausstraat”, vertelt hij.
De keuze voor Genemuiden was niet heel moeilijk. “We kregen weleens mensen uit Genemuiden die bij ons voormalige bedrijf in Marknesse groenten en fruit kochten”, zegt Reijnoudt. “En via de kerk hadden we ook wel binding met Genemuiden.”
Het starten van de onderneming ging echter niet zonder slag of stoot. “Je moest een ventvergunning en een vakdiploma hebben.” Zo kwam het dat Reijnoudt, destijds nog met zijn zwager Bas Bijman, verschillende cursussen volgde in de avonduren en zijn vakdiploma AGF haalde.
Het duo kreeg van de toenmalige gemeente Genemuiden een ventvergunning voor de woensdag en de donderdag. “We hadden vooraf foldertjes verspreid”, vertelt Reijnoudt. Op de eerste dag waren er tachtig potentiële klanten. “Dat was ons wel tot verwondering. We waren gewend om veel te doen voor weinig, maar nu ging het makkelijker.”
Al in de winter reden Reijnoudt en Bijman met een busje. In 1998 kocht Reijnoudt, inmiddels zelfstandig, zijn eerste vrachtwagen. “Het is in de loop der jaren wel een beetje uitgegroeid. De woensdag en donderdag zitten vol, sinds een tijdje ben ik op maandagmorgen ook in Genemuiden.”
Kernwoord na al die jaren is ‘klantenbinding’. “Het gaat nu natuurlijk heel anders dan 25 jaar geleden. Toen had je een weegschaal en je schreef met pen en papier. Nu gaat enorm veel via WhatsApp. Soms zien mensen me rijden en dan appen ze ‘kom je nog even terug?’ Dat doe ik dan wel hoor. En je moet ook niet op een uurtje kijken.” Daar heeft zijn vrouw meer moeite mee dan hijzelf, lacht de groenteman. “Ik ben nog geen dag met tegenzin aan het werk gegaan, ook niet als ik wist dat het een lange dag werd.”
Hij noemt het een ‘heerlijk leven’. “Je hebt enorm veel vrijheid als je maar op tijd bij je klanten bent.” En daarin speelt de gunfactor weer een rol. “De mensen gunnen je ook echt wat in Genemuiden. Ik voel me grotendeels thuis.” Bijna iedereen, van kleine kinderen tot oude mensen steekt de hand op als ze Reijnoudt tegenkomen. “Maar dat komt omdat ik ook m’n hand opsteek”, grapt hij.
Het assortiment bleef in die jaren grotendeels hetzelfde. “Ik zeg altijd: schoenmaker blijf bij je leest. Als je er wat anders bij gaat verkopen, dan moet je je daarin ook verdiepen.”
Zijn werk, een ‘vitaal beroep’, bleef in coronatijd gewoon doorgaan. “Er is één klant die vanwege corona zegt: ‘kom maar even niet’. Maar verder zijn er eigenlijk alleen maar klanten bijgekomen. En sommigen blijven, die mensen vinden het toch wel makkelijk.”
Begin augustus kocht Reijnoudt weer een nieuwe vrachtwagen. “Samen met een kameraad heb ik in 2002 stellingen gemaakt voor de bakken. Die staan nu nog steeds in de vrachtwagen.” En dat zijn bijzondere stellingen: destijds werden ze gemaakt voor de vrachtwagen die in aanbouw was. “En toen de vrachtwagen er was paste het exact, op de millimeter.”
Na de vakantie is Reijnoudt weer als vanouds aan de slag gegaan. “Mensen waar je aan de deur komt, die zien ook graag iemand komen. Dan hebben ze wat aanspraak.” Vervelen doet het hem voorlopig nog niet. “Die 25 jaar zijn omgevlogen.”