ZWARTEWATERLAND - Wethouder Albert Coster dient zijn ontslag in. Dat liet hij donderdagmiddag weten in een speciale persconferentie. Deze hadden hij en zijn partij BGZ belegd, een paar uur voor de start van de raadsvergadering die volledig in het teken van de ontstane bestuurscrisis in Zwartewaterland staat. Maar daar zal Coster niet meer bij aanwezig zijn.
"Door het uitgesproken gebrek aan vertrouwen door de wethouders Knol en Slingerland, en de motie die is ingediend door CU en SGP, waar feiten compleet ontbreken en enkel gebaseerd op beeldvorming, zie ik helaas geen andere keuze dan per direct mijn ontslag in te dienen als wethouder van Zwartewaterland", zei hij vanmiddag. "Ik kan niet vechten tegen beeldvorming."
Vertrouwen
CU en SGP kwamen vorige week vrijdag met het nieuws naar buiten dat zij het vertrouwen hadden opgezegd in Coster en BGZ. Breekpunt was de opstelling en werkwijze van de wethouder in het dossier rond de actualisatie van het bestemmingsplan De Molenwaard, zo lieten de partijen weten. “Bovendien is ons gebleken dat de opstelling en werkwijze van de wethouder gevoed is door de fractie van BGZ.”
BGZ reageerde daar deze week op door te stellen dat zij ‘verbaasd en teleurgesteld’ is. De partij kan zich niet vinden in het door CU en SGP geschetste beeld. “De persverklaringen van CU en SGP zijn een verzameling van feitelijke onjuistheden en niet gestoeld op enig bewijs”, schreef BGZ in een persverklaring.
Donderslag
Coster zei vanmiddag dat het opzeggen van het vertrouwen door SGP en CU als ‘een donderslag bij heldere hemel’ kwam. “Ik ben als wethouder verantwoordelijk voor de kwaliteit van de dossiers. Dat betekent dat ik volledig op de hoogte moet zijn over de ontwikkelingen en stukken op dit gebied. Alleen dan kan ik komen tot een goed en zorgvuldig onderbouwd collegevoorstel op basis van feiten. Bij aantreden was al duidelijk dat er een aantal langslepende, risicovolle dossiers liggen. Er is in het dossier de Molenwaard gewerkt met het ‘4-ogen-principe’. Mijn ogen en de ogen van de burgemeester.”
Verder zei hij: “Het verwijt dat ik veel diepgravend onderzoek heb gedaan, heeft te maken met mijn verantwoordelijkheid en zorgvuldigheid als wethouder. Onderzoek en zorgvuldigheid kosten tijd. Ik werk op basis van inhoud, feiten, niet op gevoel. Ik kom dan ook tot de conclusie dat mijn zorgvuldige werkwijze door de overige wethouders wordt geassocieerd met wantrouwen. Ik ben altijd integer te werk gegaan en kan mijzelf recht in de spiegel aankijken.”
'Luchtfietserij'
BGZ-raadslid Bastiaan Tamminga zei donderdagmiddag dat de aangekondigde motie van wantrouwen door SGP en CU gebaseerd is op ‘luchtfietserij en niet met feiten is onderbouwd’. “De inconsistentie van de aantijgingen van de CU en SGP geven aan dat er dieperliggende redenen moeten zijn voor deze motie. De motieven, daar blijven wij enkel naar gissen.”
De BGZ-fractie blijft in de gemeenteraad verschillende dossiers kritisch volgen, zei Tamminga verder. “Wij zitten nog steeds met drie raadsleden in de raad, daar verandert helemaal niks aan.”
Over de afgelopen anderhalf jaar zegt wethouder Coster dat hij er veel van heeft geleerd. “Het is een heel mooie tijd geweest. De laatste tijd zijn er wat strubbelingen ontstaan, met dit als resultaat. Maar het wethouderschap an sich - ook al was het een heel drukke baan, je bent zes dagen in de week continu bezig - is een ervaring die ik niet had willen missen. Hoewel ik dit laatste deel wel had willen missen.”
Op de opgeworpen vraag of Coster teleurgesteld is in zijn collega’s, zegt hij: “Iedereen zal denken dat ik teleurgesteld ben. Maar in de politiek is het natuurlijk zo dat deze dingen kunnen gebeuren. Het is altijd lastig dat het gebeurt, maar in de politiek moet je zulke dingen ook wel achter je kunnen laten.”
Volgende week woensdag meer in de papieren Stadskoerier.